Visie

Handige informatie en documenten
bij visievorming

Afbeelding over

Handboek Burgerschapsonderwijs

In het Handboek Burgerschapsonderwijs voor het voortgezet onderwijs (2019), ontwikkeld door Bram Eidhof, wordt omschreven hoe je een visie op burgerschap formuleert en deze vertaalt naar een visie op burgerschapsonderwijs. Dit is ook zeer handzaam voor mbo-scholen die een visie op burgerschap en burgerschapsonderwijs willen vormen. Bram Eidhof benoemt onder andere het belang van transfer en de inhoudelijke doelen van burgerschapsonderwijs.

Handboek burgerschapsonderwijs

Over Transfer:

Bram Eidhof stelt in het handboek: Belangrijk is dat studenten inzien dat bepaalde waarden niet context specifiek zijn en dus niet alleen belangrijk bij die ene docent, tijdens dat vak of op school, maar altijd en overal. Samenwerking met de omgeving van de studenten kan bijdragen aan transfer. 
Dit is geen uniek probleem voor burgerschapsonderwijs. Iedere docent hoopt dat studenten het geleerde uiteindelijk ook in de echte wereld kunnen toepassen. Dat heet transfer, en gaat niet vanzelf. Als school is het daarom verstandig om na te denken over de vraag hoe de kans vergroot kan worden dat er transfer plaatsvindt. 
Daar zijn verschillende strategieën voor te bedenken. Sommige scholen gebruiken bijvoorbeeld realistische opdrachten of laten studenten zelfs een maatschappelijk probleem uit de echte wereld oplossen. Andere docenten rekken heel bewust de leefwereld van de studenten op, net zolang totdat studenten inzien dat de wereld buiten de school en het eigen sociale netwerk ook interessant en relevant is. Zo verbreden ze de horizon van hun studenten. 

Inhoudelijke doelen:

In navolging van Gert Biesta beschrijft Bram Eidhof burgerschap in relatie tot de inhoudelijke doelen van onderwijs. De drie inhoudelijke doelen van onderwijs die Gert Biesta onderscheidt zijn: kwalificatie, socialisatie en subjectificatie (of persoonsvorming). De drievoudige kwalificatie in het mbo lijkt hierop.
Eidhof beschrijft dat we burgerschapsvorming inderdaad zouden kunnen zien als een bewuste vorm van socialisatie, waarbij we vooraf hebben nagedacht over de vraag wat we wenselijk of waardevol vinden en het socialisatiesproces zelf ook bewust inrichten.
Daarnaast kan burgerschap onderdeel zijn van verschillende rollen die je als mens in verschillende verbanden speelt, van burger in een democratische samenleving tot werknemer in een bedrijf.  Studenten daartoe in staat stellen door ze kennis en vaardigheden bij te brengen, is kwalificatie.
Daarnaast zijn persoonsvormende aspecten ook een wezenlijk onderdeel van burgerschapsonderwijs. Goed burgerschapsonderwijs gaat immers niet alleen om socialisatie vanuit de maatschappij, maar moet een student ook in staat stellen om zelf vorm te geven aan de samenleving. Dat gaat alleen wanneer de student ook zijn of haar eigen identiteit, waarden en moreel kompas heeft kunnen ontwikkelen.

Checklist: randvoorwaarden voor ontwikkeling van burgerschapsonderwijs

In het hoofdstuk Hoe ontwikkel je burgerschapsonderwijs? (hoofdstuk 3) beschrijft Bram Eidhof onder andere een ontwikkelmodel, maar ook de randvoorwaarden. Op pagina 55 van het handboek vind je een checklist om te kijken of je als school wel de juiste randvoorwaarden hebt geschapen om tot een samenhangende en structurele aanpak van het burgerschapsonderwijs te komen.

Onderwijsinspectie – visieformulering en leerdoelen

De Onderwijsinspectie beschrijft in haar Themaonderzoek burgerschapsonderwijs en het omgaan met verschil in morele opvattingen (2020) vanaf pagina 30 hoe scholen hun visie en leerdoelen op dit gebied formuleren. Het onderzoek is gedaan op scholen in vo en mbo.

Lees meer

Visieformulering:

Scholen leggen hun visie op onderwijs, idealen en drijfveren, en de na te streven doelen op verschillende manieren vast. Doelen en visies liggen vast in de vorm van algemene beschrijvingen in het schoolplan variërend tot meer specifieke formuleringen in visiedocumenten. Ook de thema’s waarover de morele opvattingen van de school afwijken van meerderheidsopvattingen in de samenleving, en de reden waarom die voor de school belangrijk zijn, zijn vaak hier te vinden. De visie van de school op mens en wereld speelt daarbij, al dan niet geëxpliciteerd, vaak een belangrijke rol. In de meer algemene beschrijvingen zijn vaak globaal geformuleerde waarden te vinden. Voorbeelden daarvan zijn waarden als gelijkwaardigheid, verbinding of daadkracht. Doorgaans zijn in de formulering elementen te herkennen van basiswaarden van de democratische rechtsstaat. Voorbeelden daarvan zijn dat ‘alle leerlingen zich gerespecteerd en gewaardeerd voelen’, dat mensen zich ‘respectvol naar andere mensen gedragen’, of dat de school leerlingen ‘wil voorbereiden op een complexe en pluriforme samenleving’. Soms is er sprake van een algemene invulling van de uitgangspunten voor bevordering van burgerschap, door bijvoorbeeld te formuleren dat ‘elke leerling is wie hij is, juist door zijn achtergrond’.

Leerdoelen:

De mate waarin scholen op basis van de visie onderwijsdoelen formuleren verschilt. Een algemeen geformuleerde visie gaat doorgaans samen met een algemene doelformulering. Voorbeelden daarvan zijn het streven om leerlingen op te leiden tot democratische en zelfstandige burgers, of verwijzingen naar voor de school relevante kerndoelen. Hoewel dergelijke algemene doelen vervolgens verder geconcretiseerd en uitgewerkt kunnen worden naar de kennis, houdingen en vaardigheden die de school wil overdragen en aan verder uitgewerkte doelen gekoppeld kunnen, noemen veel scholen in plaats daarvan activiteiten die kunnen bijdragen aan het realiseren van het algemene doel. Wat de school dan bereiken wil, en hoe ze mogelijke gevoelige thema’s vorm geeft, is dan niet duidelijk.
Wanneer de visie gedetailleerder is uitgewerkt, gaat dit ook gepaard met duidelijkere geformuleerde doelen, waarin vaak ook de samenhang met de levensbeschouwelijke opvattingen van de school tot uitdrukking komt. Een voorbeeld van een doel op het gebied van seksualiteit en seksuele diversiteit is “een tegengeluid te bieden tegen het moderne levensgevoel van seks als consumptieartikel”. Voor een deel van de scholen staat overdracht van de levensbeschouwelijke opvattingen rond dergelijke morele thema’s centraal. Een aan een islamitische school ontleend voorbeeld daarvan is om, bezien vanuit de Koran, “kinderen te laten worden wie ze zijn”. Ook andere op godsdienstige grondslag gebaseerde scholen formuleren dergelijke doelen.
Andere scholen werken hun visie uit in kernwaarden, die ze vertalen naar leerdoelen op het gebied van bijvoorbeeld democratie, participatie en identiteit.

Naast een vertaling van de visie naar doelen die uitdrukking geven aan de leerinhoud die de school wil overdragen, is de visie van een school ook belangrijk voor de manier waarop de school met leerlingen wil omgaan: het pedagogisch klimaat. Voorbeelden daarvan zijn het nastreven van een pedagogisch klimaat dat gekenmerkt wordt door respect en gelijkwaardigheid, of een onderlinge omgang waarin de sturende verantwoordelijkheid van de leraren of de gezagsrelatie tussen leraar en leerling centraal staat.

Onderzoek naar actief burgerschap anno nu

In de door Nico de Boer geschreven verkenning (2019), in opdracht van de Stichting Actief Burgerschap, komt naar voren hoe actief burgerschap in de praktijk vorm kan krijgen. Aan de hand van lopend en uitgevoerd onderzoek blijkt hoe breed dit begrip ingevuld kan worden. Van sociale participatie bij stedelijke ontwikkeling tot de rol van burgerschap bij zorg en welzijn. Een van de conclusies uit deze verkenning is dat burgers steeds meer betrokken zijn vanuit een ‘doe-het-zelf’ houding en dat de grens tussen sociaal en politiek burgerschap moeilijker te trekken is. (p26).

Sommige gemeenten geven burgers expliciet een actieve rol in het meedenken over en zelfs uitvoeren van taken zoals het organiseren van buurtconferenties, jeugdraden, bewonersplatforms en daarbij gezamenlijk met college van B&W oplossingsrichtingen bespreken voor dilemma’s die in de stad spelen.

Voorbeelden uit deze verkenning kun je gebruiken om richting te geven aan de visie op burgerschap van de school in relatie tot participatie in gemeentelijke/regionale projecten. Ook kan je met deelnemers in gesprek gaan over de vraag: “…. En wat doe  jij?”

Onderzoek naar actief burgerschap anno nu

 

 

Op weg naar een visie op burgerschap. Kenmerken van burgerschap gedefinieerd.

In het onderzoek  Op weg naar een visie op burgerschap. Kenmerken van burgerschap gedefinieerd  (2019) ontwikkelde Ygerne Imhoff een kader met kenmerken van vijf verschillende stromingen van burgerschap. Dit kader kan helpen om vanuit de school te bepalen welke stroming het beste past bij de kernwaarden.

Het kader beschrijft vanaf pagina 70 kenmerken van achtereenvolgens de agonistische, communautaire, kosmopolitische, liberale en republikeinse stroming.

Naar het onderzoek

Burgerschap vanuit het perspectief van de studenten zelf door (JOB)

De Jongerenorganisatie Beroepsonderwijs (JOB) heeft een eigen visie op burgerschap in het mbo ontwikkeld: Burgerschap volgens de achterban van JOB (2018). Daarnaast heeft JOB in mei 2022 onderzoek gedaan onder 1341 mbo-studenten naar hun mening over burgerschap op het mbo.

JOB heeft ook een aantal tips voor scholen die een visie op burgerschap (willen) ontwikkelen:

  • Betrek de studentenraad bij de vorming van de visie en het beleid rondom burgerschap.
  • Communiceer het doel en de uitvoering duidelijk(er) naar studenten. Bijvoorbeeld in de OER en/of de studiegids.
  • Laat de docenten de lessen samen met de studenten evalueren.
  • Laat het burgerschapsonderwijs aansluiten bij de opleiding, leerniveau en leeftijd van studenten en behandel de actualiteit.
  • Communiceer duidelijk naar studenten wat hun inspanning voor burgerschap moet zijn.
  • Behandel onderwerpen die aansluiten bij de leefwereld van studenten. Studenten geven zelf aan normen & waarden, gezondheid, discriminatie en omgaan met geld belangrijk te vinden.

Burgerschap volgens de achterban van JOB

In deze (verkorte) TEDX laat Simon Sinek aan het hand van zijn eenvoudige model ‘Golden Circle’ zien hoe belangrijk het is om te weten waarom je doet wat je doet. Dat geldt voor een bedrijf, maar net zo goed voor een school. Waarom geef je onderwijs? Waarom is het belangrijk dat studenten jouw onderwijs volgen? Welke plek heeft burgerschap daarin?

Waarom is Apple al jaren zo’n succesvol bedrijf, terwijl hun producten objectief gezien niet per sé beter zijn dan die van anderen? Ze verkopen geen producten, ze verkopen een visie. Het waarom is belangrijker dan het wat.

In het onderzoek Onderwijs in burgerschap: wat scholen kunnen doen (2016) beschrijven Hessel Nieuwelink e.a. op pagina 7 verschillende elementen die belangrijk zijn om te verwerken in een visie op burgerschap, die je vervolgens vertaalt naar leerdoelen, onderwijsinhouden en een aanpak om deze in het onderwijs vorm te geven.

  • Componenten: burgerschap gaat over kennis, vaardigheden, houdingen, reflecties en gedragingen;
  • Domeinen: burgerschap heeft betrekking op het sociale, maatschappelijke en politieke domein, in het bijzonder waar het gaat om omgaan met individuele en collectieve belangen;
  • Normativiteit: burgerschap kent een gedeelde (morele) kern, maar ook verschillende accenten en invullingen, die samenhangen met intrinsiek spanningsvolle concepten (zoals gemeenschap-individu, vrijheid-gelijkheid) etc.
  • Contextafhankelijk: burgerschap krijgt vorm in specifieke contexten en hangt daarmee in de context van het onderwijs samen met kenmerken van de leefwereld van jongeren.

Onderwijs in Burgerschap. Wat scholen kunnen doen.

Blijf op de hoogte!

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

"*" geeft vereiste velden aan

Selecteer één of meerdere sectoren*