De Vrije School Helianthus in Heerlen heeft een evenwicht gevonden in het neerzetten van kerndoelen burgerschap, passend bij hun visie en leerlingenpopulatie, en binnen de wettelijke kaders. Schoolleider Janine Goebbels-Finster en adjunct-schoolleider Anne Hocks leggen uit dat ze dit doen door zich te richten op het concreter maken van wat er al op school gebeurt.
Helianthus, een algemeen bijzondere school met een pedagogiek gebaseerd op de principes van Rudolf Steiner, legt de nadruk op brede persoonsontwikkeling: intellectueel, creatief, ambachtelijk en sociaal. Ze werken met periode onderwijs, waarbij door middel van een leerplan ervoor wordt gezorgd dat alle kerndoelen aan bod komen.
Het team heeft tijdens studiedagen onderzocht wat ze al doen aan burgerschap, om dit te koppelen aan de visie op burgerschap en het maatschappijbeeld van de school. Vervolgens hebben ze een leerlijn voor burgerschap opgesteld, waarin alle activiteiten aan bod komen. Bijvoorbeeld het “GIPS-project”, waarbij mensen met een beperking langs komen op school en laten zien wat er met hen aan de hand is. “Kinderen leren respect te hebben voor mensen met een beperking, maar ook dankbaar te zijn voor wat ze zelf nog of wel kunnen. En ze vertellen er thuis over. Met een project als GIPS werken we wel aan hónderd burgerschapscompetenties.”
De school ontwikkelt zich nog door. Onder andere in het monitoren van burgerschapsonderwijs. Dit is een uitdaging door het periodeonderwijs van Helianthus, waarbinnen leraren voor een groot deel vrij zijn inrichting te geven aan hun lessen. Ook gaan ze nog in gesprek over de vieringen in de school, om te zorgen dat ook dit aansluit bij de huidige maatschappij waarin leerlingen opgroeien.